Over tampondruk

Al onze standaard-tampondrukmachines werken volgens het “hermetic” tampondrukprincipe, waarbij het drukbeeld van een cliché, via de druktampon op het te bedrukken materiaal wordt overgedragen. Daarbij bepaalt de diameter van de inkt-/rakelpot de drukbeeldgrootte. Bij de klassieke tampondruk is de maximale drukbeeldgrootte tot ca. 150 mm beperkt.

De druktampon, die uit siliconen bestaat en normaal gesproken een conische kegel met een opzetpunt is, is een belangrijk bestanddeel van het drukproces. Want door zijn aanpassingsvermogen is het mogelijk, de meest uiteenlopende gevormde artikelen te bedrukken.

Daarbij rolt de druktampon eerst via de cliché af en haalt uit de gravure de inkt die tijdens het drukproces door het uitluchten van de oplosmiddelen een “kleverig” inktoppervlak vormt. De inktafgifte vindt als volgende plaats, volgens hetzelfde afrolprincipe. Bij het afrollen op het te bedrukken materiaal perst de druktampon de lucht eruit en voorkomt zo luchtinsluitingen in het drukbeeld, die als kleine, niet-drukkende punten zichtbaar zouden zijn. Zodoende leidt een gelijkmatige druktampon-afrolbeweging tot een homogeen drukbeeld.

Bij sterk gevormde artikelen moet het drukbeeld echter in bepaalde gevallen aangepast worden, aangezien de druktampon bij het afrollen op het te bedrukken materiaal vervormd wordt en het gevaar van een drukbeeldvervorming bestaat. Om deze tegen te gaan, moet het drukbeeld handmatig aangepast worden. Dit is deels een complexe procedure, die niet berekend kan worden.

Bij de rotatiedruk vindt de inktopname en -afgifte plaats via rolvormige clichés en druktampons, de zogenaamde clichérollen en en tamponrollen. De drukbeelden worden in de clichérollen ingegraveerd. Het voordeel van clichérollen is dat meerdere drukbeelden op een clichérol aangebracht kunnen worden (meervoudig gebruik).

Via een open kleurenbad wordt door middel van een zogenaamde inktrol de inkt op de clichérol overgedragen. Een rakelmes veegt vervolgens de overtollige inkt weg, zodat de inkt zich alleen nog in de uitdiepingen van de drukbeelden bevindt. Parallel en synchroon daarmee draait de tamponrol en neemt tijdens zijn 360°-draaiing het drukbeeld van de clichérol op en geeft het af aan het langskomende te bedrukken materiaal.

Dit principe maakt een continu (ongesynchroniseerd) verloop mogelijk, waarvan de snelheid wezenlijk hoger is dan de in de vlakdruk. Op deze manier kan een hogere doorvoer bereikt worden. Bij het aanbrengen van meerdere rotatieafdrukmachines achter elkaar kunnen drukbeelden in meerdere kleuren ontstaan.